1

Voor de kleinere dakgoten. De elementen worden rond in de dakgoot geplaatst en worden vastgeklemd tussen de dakpannen en de gootrand.

2

Type R 178/0

Voor de meeste dakgoten. De elementen worden rond in de goot geplaatst en worden vastgeklemd tussen de dakpannen en de gootrand.

3

Voor de bredere dakgoten. De elementen worden halfrond in de goot geplaatst. De onderkant van de dakpannen drukt op het element.

4

Voor de bredere dakgoten. De elementen worden op de onderste panlat vastgezet.

5

Voor zeer brede dakgoten. De elementen worden op de onderste panlat bevestigd. De andere zijde wordt m.b.v. metalen stripjes tegen de gootrand aangetrokken.

6

Voor dakgoten, waarbij de elementen niet kan worden vastgeklemd tussen de gootrand en de dakpannen. Door bijv. een kozijnanker in de onderste panlat te draaien worden de elementen op zijn plaats gehouden.